Het HORECA leven van Mien en Gerard en hun nakomelingen

 

VIII-m Weilers, Hendrika Maria Elizabeth [Rika] is geboren op zondag 31 januari 1892 in Amsterdam, dochter van Weilers, Franciscus Nicolaas en Donker, Wilhelmina Gerardina. Overleden op vrijdag 28 januari 1944 in Amsterdam, 51 jaar oud.

Beroep: linnenjuffrouw

Trouwde, 24 jaar oud, op donderdag 8 juni 1916 in Amsterdam met Beverdam, Gerrit Hendrikus [Gerard], 24 jaar oud. Hij is geboren op zaterdag 5 september 1891 in Stad Almelo, zoon van Beverdam, Gerrit en Oscher, Mina. Overleden op donderdag 7 juni 1973 in Zandvoort, 81 jaar oud.
Beroep: kelner, gérant, hotelhouder

Rika wordt geboren ‘des voormiddags ten negen ure in het huis staande aan de Looiersgracht 76'. Aangifte op 3 Februari door haar vader en getuigen Marinus Donker, bediende en Hermanus Jacobus Brink, smid.

Ze verlaat het ouderlijk huis op 17 jarige leeftijd. Als ze 19 is werkt ze een half jaar als linnenjuffrouw in Hotel Central aan de Lange Poten 24 in Den Haag.

Vervolgens vanaf 11 december 1911 vier jaar lang in dezelfde functie bij Hotel Suisse in de Kalverstraat 22-26 in Amsterdam [afgebrand 10 januari 1983]. Begin juli 1915 werkt ze, tot aan haar huwelijksdatum, als inwonend assistent huishoudster bij haar oudste zus Marie, in de 1e van den Boschstraat 132 in Den Haag.

Kinderen van Weilers, Hendrika Maria Elizabeth en Beverdam, Gerrit Hendrikus:

1.Beverdam, Eduard, geboren op zaterdag 25 november 1916 in Amsterdam. Hij is overleden op zondag 25 februari 1917 in Amsterdam, 3 maanden oud.
2. Beverdam, Mina, geboren op woensdag 2 januari 1918 in Amsterdam Volgt IX-q.

Bij haar huwelijk is Rika al drie maanden in verwachting en wonen ze heel kort aan het Leidseplein 31. Als zij bijna 6 maanden zwanger is, trekken ze in bij haar zus Mien en zwager Voskamp, in de woning aan het Gerard Douplein 2. Hier wordt hun zoontje Eduard geboren. Hij wordt slechts 3 maanden oud. Rika en haar moeder waren niet bij dit jongetje weg te krijgen nadat hij was overleden.

Pas 5 maanden na zijn overlijden keert Rika terug naar haar man die dan inmiddels een woning aan de Ceintuurbaan 35 / 1 hoog, bewoont. Voor de geboorte van hun dochter Mina in 1918 logeert Rika opnieuw bij één van haar zusters tot na haar kraambed. Op 27 juli 1920 woont Gerard aan de Parkstraat in Nijmegen en werkt er als gérant in het Oranje Hotel , waar zwager Wilhelm Spengler portier is. Rika en kleine Mina wonen dan al in bij haar zus Marie in Den Haag.

Tussen 1921 en 14 mei 1924 woont het hele gezin aan het Stationsplein te Zandvoort, in dezelfde woning als waar een paar jaar eerder het gezin van broer Lou woonde, namelijk onder theater / dansclub ‘Monopole' [links op de foto].

Gerard en Lou zijn rond 1925 zakenpartners. In Zandvoort moderniseren ze het theater Monopole en bieden er een, volgens de Zandvoortse Courant een schitterend revue programma. Gerard haakt na een jaar af en ze keren terug naar Amsterdam.

Vanaf half augustus 1926 brengen ze hun dochter Mina voor exact een jaar onder bij haar oudste zus Marie, die dan aan de Schenkkade 103, Den Haag woont. Rika en Gerard bewonen vanaf 6 september een etage aan de Heiligeweg 26 huis, te Amsterdam.

Op 1 oktober 1930 emigreren ze naar Toronto, Canada. Rika mist haar zusters al direct, ze kon absoluut niet buiten haar directe familie. Na krap twee maanden zijn ze al weer terug en wonen anderhalf jaar op een kamertje aan de Overtoom 524.

[Dapperstraat 53 - 2006]

Vervolgens woont het gezin op 13 maart 1932 in de Dapperstraat 53 / 2 hoog, waar op 28 juni 1934 ook het gezin van Lou bij hen intrekt voor een half jaar en dat alles in een driekamer woninkje...

Rika en haar man werken rond 1934 opnieuw samen met haar broer Lou. Tijdens het hoogtepunt van de crisisjaren ´30, ging Rika krentenbroden bakken en zij boden sneden krentenbrood met een kop koffie aan, in een zijsteeg van het Damrak, dit liep als een trein.

Begin jaren '30 logeerden Mina en de twee oudste kinderen van Lou [Mini en Loutje], een aantal zomervakanties bij hun tante Dien in Arnhem. Het Arnhems orkest had dan ook vakantie.

Moeder Wilhelmina woont een paar keer enige maanden bij het gezin Beverdam in. Daarnaast ondersteunt Rika haar moeder financieel. Ze was daar heel strikt in; eerst het geld voor moeder en dan kwam de rest pas.

Vanaf 19 augustus 1935 wonen Rika, Gerard en Mini in de zolderwoning boven café restaurant ‘de Bock' aan het Kleine Gartmanplantsoen, het grote succesbedrijf van Lou [links op de foto].

Gerard fungeert hier als bedrijfsleider en vanaf 1936 zit dochter Mientje achter de kassa. Na een hoogoplopend financieel meningsverschil, ontslaat zwager Lou hen op 18 augustus 1938 op staande voet. Ze dienen het huis boven de zaak ook direct te verlaten.

Slechts vijf dagen later woont het gezin aan de Gedempte Burgwal 8 E, in Den Haag waar Gerard werk vindt als gérant. Ze wonen hier tot 30 april 1940. Dan wordt er opnieuw verhuisd, ditmaal naar Gelderland, waar ze woonden aan de Elspeterweg G 262 te Vaassen. Wat voor werk hij hier had is onbekend.

[Boulevard Barnaart, villa Clarenwerth geheel rechts]

Vanaf 26 februari 1941 wonen ze in Zandvoort, aan de Boulevard Barnaart 3, in de door hen aangekochte grote villa Clarenwerth [afgebroken tijdens de oorlog in verband met de bouw van de Atlantik Wall]. De villa was dermate groot dat deze gedurende de zomermaanden als pension in gebruik was.

Vanaf 6 november 1942 werd met de evacuatie van de gehele bevolking van Zandvoort begonnen. Het aantal in-woners daalde in korte tijd van 9808 naar 1789. Op 14 november 1942 gelastte de ‘Räumungskommissar' de sloop van 150 woningen, waaronder villa Clarenwerth. In totaal verdwenen 648 gebouwen met funderingen en al. Daarnaast werden nog eens ca. 900 leegstaande huizen "ausgeräumt", ontdaan van sanitair, gas, elektriciteit en waterleidingen.

[Hogeweg met geheel links, pension Bluijs]

Vanaf 28 mei 1942 tot 23 juli 1943, woont het gezin Beverdam tijdelijk aan de Hoogeweg 78, in Pension Bluijs waarna ook zij moesten evacueren uit Zandvoort en terugkeerden naar Vaasen. Rika moet hier al ernstig ziek zijn geweest, en keert eerder dan haar gezin terug naar Amsterdam en komt bij haar zus Mien in huis, in de Lutmastraat 47 / 2 hoog. Mien verzorgt haar die laatste zeer koude weken, middenin de hongerwinter, tot ze op een vreselijke manier sterft aan baarmoederkanker.

Ze wordt begraven op Zorgvlied aan de Amstel in klasse A, de duurste klasse maar niet in het familiegraf. Broer Lou schiet de kosten voor...

Pas op 20 april 1944 lukt het Gerard om met dochter Mini terug te keren naar Amsterdam. Vader en dochter verblijven er maar kort in de Wanningstraat 19. Een paar maanden na de bevrijding bewonen ze een mooie villa aan de Wilhelminaweg 6 te Zandvoort. Dochter Mini, dan al 29 jaar oud trouwt echter in Hilversum, maar het jonge stel trekt daarna bij haar vader in.

Gerard maakt in 1946 deel uit van de ruim 200 Zandvoortse families die zich verenigen in een stichting van oorlogsschade gedupeerden. Hij werpt zich op als voorlopige voorzitter. Op 26 oktober 1946 neemt hij ook zitting in het Comité van Aanbeveling van de Oorlogsgravenstichting. In 1947 is hij mede exploitant [samen met de heren Weber en Sijtsma] van café, restaurant ‘Sandevoerde', gelegen aan de Strandweg [huidige Rotonde]. Vanaf 23 februari 1949 woont hij in de Engelberstraat 20 en stelt zich als twaalfde op de kieslijst, verkiesbaar voor de Gemeenteraadsverkiezingen van de partij Algemeen Zandvoorts Belang. Hij krijgt slechts vier stemmen.

Vervolgens woont hij nog op drie verschillende adressen, allen in de luxer wijken van Zandvoort vanaf 27 juli 1953 aan de Boulevard Paulus Loot 103, de zuidelijke Boulevard met direct uitzicht op zee. Vanaf 25 september 1959 woonde hij met een vriendin aan het Favaugeplein 49 en vanaf 4 augustus 1960 aan de, de Ruijterstraat 86 alwaar hij tot aan zijn dood in 1973 woonde, overigens voor 't eerst in zijn leven langer dan een paar jaar op één adres...

Indirect werkt hij mee aan de wederopbouw van het naoorlogse Zandvoort. Zo financieert hij in elk geval de nieuwbouw van hotel ‘Zuiderbad', voor zijn dochter en schoonzoon. 

[Boulevard Paulus Loot 103, in 2006] 

 

 

IX-q Beverdam, Mina [Mini / Mientje] is geboren op woensdag 2 januari 1918 in Amsterdam, dochter van Beverdam, Gerrit Hendrikus en Weilers, Hendrika Maria Elizabeth. Zij is overleden op dinsdag 31 januari 2006 in Lelystad, 88 jaar oud.
Beroep: hotelier

Trouwde, 29 jaar oud, op zaterdag 18 oktober 1947 in Hilversum met Boxhoorn, Otto, 38 jaar oud. Hij is ge-boren op dinsdag 5 oktober 1909 in Rotterdam, zoon van Boxshoorn, Anthony Abraham en Dadema, Hendrika Hermina. Hij is overleden op maandag 11 november 1996 in Almere, 87 jaar oud.
Beroep: hotelier

Mina of Mientje / Mini, zoals ze binnen de familie genoemd werd, kreeg een zeer beschermde opvoeding, er was immers al een kind verloren en ze werd wellicht daardoor een rustig en gesloten meisje, met een eigen willetje. Als enig kind ontwikkelde ze een gezonde dosis fantasie. Zo speelde ze, bij gebrek aan broertjes of zusjes, vaak samen met haar hondje, ‘schooltje'. 't Beest kreeg er een rokje bij aan en een potlood aan een voorpoot gebonden.

Op haar achtste wordt ze voor een jaar ondergebracht bij haar tante Marie, die dan aan de Schenkkade 3 in de Haagse wijk Bezuidenhout woont. Haar ouders hebben het dan te druk met het opzetten van een nieuw horecabedrijf. Vervolgens woont ze tot haar 12e jaar aan de Heiligeweg in Amsterdam, waar ze vrijwel dagelijks gaat zwemmen in het tegenover hun huis gelegen Heiligewegzwembad.

Haar ouders besluiten op 1 oktober 1930 te emigreren naar Canada en Mini gaat natuurlijk mee. Binnen twee maanden zijn ze alweer terug, want haar moeder had al vanaf dag één heimwee naar haar familie.

Mini volgde met gemak het gymnasium en haalde er negens en tienen. In het examenjaar werd ze door haar vader van school gehaald en ook aan het werk gezet in het cafetaria-bedrijf aan het Kleine Gartmanplantsoen, waar hij toen bedrijfsleider was. Dit accepteerde ze, maar zij kon echter ook heel dwars zijn en er gewoon tussenuit glippen met een boek, terwijl ze eigenlijk moest helpen in de zaak. Ze genoot van de omgang met de vele neven en nichten, echter Loutje en Mini namen wel een heel belangrijke plaats in, in haar leven als enig kind.

Kinderen van Beverdam, Mina en Boxhoorn, Otto:

1. Boxhoorn, Joyce Hendrika, geboren op woensdag 14 juli 1948 in Zandvoort Volgt X-l.
2. Boxhoorn, Gerard Anthony
, geboren in Zandvoort.


[Wilhelminaweg 6 - 2006]

Mini woonde tot haar trouwen op 29 jarige leeftijd bij haar vader. Voor haar man Otto was dit zijn 2e huwelijk. Otto had na de oorlog geen werk en kon in 1947 bij zijn schoonvader Beverdam, als kelner aan de slag in café, restaurant ‘Sandevoerde', aan de Strandweg [huidige Rotonde] in Zandvoort. Ze wonen dan bij vader in, aan de Wilhelminaweg 6 en hier wordt ook hun dochter Joyce geboren.

 

 

In 1949 wonen ze aan de Engelbertstraat 44, alwaar zoon Gerard het levenslicht ziet. Otto leed in die jaren aan pleuritis, nog als gevolg van de oorlog en heeft zeker een jaar op bed gelegen. Hoewel ze riant woonden, kende het gezin hier grote armoede. De nog jonge kinderen leden daar nauwelijks onder, vooral de verwende Mientje had er veel moeite mee. Bijna geen enkel gezin had het immers breed in die naoorlogse jaren! Zo gingen zij op een dag bij neef Johan, in zijn hotel ‘Zuide-wind' aan de Brederodestraat op bezoek. Zijn kinderen, Fieke en Berend aten er elk een banaan. Mientje had daar toen geen geld voor en ze kon wel huilen om het feit dat ze haar kinderen dàt niet eens kon geven. Dit waren moeilijke tijden voor haar!

In die tijd groeiden de plannen voor een eigen hotel. Dat ging natuurlijk niet van een leien dakje, maar Otto kreeg zijn zin en op die plek die hij voor ogen had, de zuidelijke Boulevard Paulus Loot, ongeveer op de plek van het vooroorlogse Hotel ‘Seinpost'. De bouw werd gefinancieerd door zijn schoonvader. In de jaren '50 werden de desolate Zandvoortse Boulevards opnieuw bebouwd, nadat in de oorlogsjaren alle monumentale panden afgebroken waren door de Duitse bezetter.

 

In de Zandvoortse Courant stonden diverse artikelen betreffende de voortgang van de bouw, de opening en later nog weer een heel gedoe rond de bouw van de garageboxen achter het Hotel, Café, Restaurant ‘Zuiderbad'. Genoemd naar de voormalige badinrichting, die op deze hoogte aan de zeereep lag, tot ook deze door de Duitsers werd vernield.

Het hotel was de eerste herbouw aan de Zandvoortse naoorlogse Boulevards. Vandaar ook al die media belangstelling!

Het gezin van Mientje en Otto woonde vanaf de opening in 1953, in het souterrain van het hotel. Financieel gezien, ging het hen vanaf die tijd voor de wind. De twee kinderen groeiden op tussen de hotelgasten. Zomers gaan ze met de hotelkinderen naar het strand, dus Duits spreken konden ze al snel. Gedurende de wintermaanden hadden ze het hele ‘huis' tot hun beschikking en dan sliepen ze boven en woonden in wat toen de conversatiezaal was en genoten al vroeg van de [hotel]televisie.

Voor de begrippen van die tijd, brengen Mina en Otto hun kinderen in grote welstand groot. Het gezin gaat vaak uit eten, elk jaar naar de wintersport en er stond elk jaar een nieuwe auto voor de deur of eigenlijk in de garage.
In 1962 kreeg Otto opnieuw last van pleuritis en Mientje was het hotelbedrijf na 9 jaar hard werken wel een beetje zat. In plaats van het een poosje wat rustiger aan te doen, besloot Otto het hotelbedrijf te verpachten aan de WEMA en zelf rentenierde hij vanaf die tijd. Neef Bob Weilers werd de nieuwe exploitant.

De kinderen van Mini en Bob speelden met elkaar, en gaan af en toe zelfs samen zeilen op het plezierjacht van Otto. Zoals een tochtje vanuit Muiden naar Pampus, op het IJsselmeer waar ze overigens nooit aankwamen. Ze raakten letterlijk aan lager wal...

Achteraf gezien, bleek het ontbreken van een levensinvulling Otto enorm te vervelen. Het gezin Boxhoorn kocht een appartement pal naast het hotel, gelegen aan de Vuurboetstraat 4. Door het zijraam had Otto goed zicht op het hotel en het komen en gaan van neef Bob...

Otto was een zeer zuinige huisbaas en deed alleen het hoogst nodige aan groot onderhoud. Pas in 1982, als ook de pachtovereenkomst afloopt, verkoopt hij het hotelpand en hun appartement aan neef Bob en zijn vrouw Annie. Door 't vele achterstallig onderhoud, was de koop bijna niet doorgegaan. Bemiddeling van advocaten was noodzakelijk...

Otto en Mien verhuisden naar Drente, waar ook hun dochter Joyce toen woonde. 't Stille land beviel niet en ze verkasten naar Almere, Stellingmolenstraat 99a, alwaar Otto na 6 jaar overleed.

Mientje overleefde hem 10 jaar, echter ook zij kreeg te maken met de familiekwaal dementie. Na jaren thuis verzorgd te zijn door dochter Joyce en haar man Willem en het echt niet meer ging, verhuisde ze ‘tijdelijk' naar een verpleeghuis in Lelystad, waar ze overigens vrolijk naar binnen wandelde en er genoot van de ‘service' als in een hotel...Ze was weer thuis in haar gevoel. Na slechts twee maanden overleed ze er begin 2006 aan een longontsteking.

 

 

X-l Boxhoorn, Joyce Hendrika is geboren op woensdag 14 juli 1948 in Zandvoort, dochter van Boxhoorn, Otto en Beverdam, Mina.

Beroep: administratief medewerker

Trouwde, 27 jaar oud, op vrijdag 26 maart 1976 in Zandvoort met Hartman, Willem, 29 jaar oud. Hij is geboren op zaterdag 8 maart 1947 in Rijswijk, zoon van Hartman, Martinus en Coehoorn, Margaretha.
Beroep: scheepswerktuigkundige, logistiek manager

Joyce herinnert zich van de feestelijke opening van Hotel ‘Zuiderbad' dat haar broertje en zij een grote glazen pot met snoep kregen, die natuurlijk meteen werd weggezet bovenop de kapstok die toen naast de deur van de eetzaal stond. In een onbewaakt ogenblik pakte de ondeugende 4 jarige Gerard een wandelstok en haalde daarmee de pot naar beneden. Wat een bende, overal glas en natuurlijk geen snoep meer. En dat in 't bijzijn van alle genodigden...

[oma Mientje met kleinzoon Wouter, na zijn HBO afstuderen in 2003]

Joyce en Willem trouwen in het mooie stadhuis van Zandvoort. Hij is van beroep scheepswerktuigkundige en heeft bijna 12 jaar gevaren en werd daarna chef Technische Dienst bij de firma Honeywell in Emmen. Het gezin woont dan in Coevorden, hun zoon Wouter werd echter in Hardenberg geboren.

Kind van Boxhoorn, Joyce Hendrika en Hartman, Willem:

1. Hartman, Wouter, geboren op dinsdag 9 oktober 1979 in Hardenberg. Beroep: logistiek manager

Vervolgens was Willem logistiek manager in de vestiging Hoofddorp en verhuisden ze naar Zeewolde. Hij rondde zijn carrière af in verschillende functies op logistiek / facilitair gebied, bij Justitie in Den Haag.

Joyce werkt sinds 1995 als administratief medewerkster. Ze golft graag en is verzot op het uit proberen van allerlei nieuwe gerechten. Willem en Wouter vinden elkaar helemaal bij het zeilen op het IJsselmeer. Beiden zijn actief in het verenigingsleven, Willem bij de zeilclub en Wouter bij de hockeyclub, waar hij ook keeper is.